Op Vijf Poten Naar Dakar (9)

Leestijd: 3 minuten

De elfde dag bracht 45ste breedtegraad

Aan boord Zwarte Zee, 41° 51′ Noord, 16° 28′ West. Maandagmiddag.

Een sleepreis van 2600 mijl.

Een houten stoomsleepbootje met een vermogen van 140 p.k. vormde bijna een en een kwart eeuw geleden het begin. Nauwelijks veertig laren later, in 1882, werden de eerste sleepreisjes over zee gemaakt. Een fusie tussen rood- en blauwbanders bracht in 1923 twee levensgrote concurrenten bijeen en zo kon L. Smit & Co’s Internationale Sleepdienst uitgroeien tot ‘s werelds grootste sleepvaartbedrijf.

ZEESLEPERS ZORGDEN VOOR DE GOEDE FAAM

Een concern, dat op het ogenblik twintig zeeslepers in de vaart heeft met een totaalvermogen van 58.000 pk en enkele tientallen kust- en havenslepers met een gezamenlijk vermogen van bijna tienduizend pk. Vóór alles zijn het natuurlijk de zeeslepers, die de rederij haar grote faam hebben bezorgd. Zij zijn bekend en gezien op alle zeven wereldzeeën en worden gevreesd bij de concurrentie tot in alle uithoeken van de aarde.

“Kinderdijk” heette het kavalje waarmee Fop Smit in 1842 zeilschepen begon te slepen. van Hellevoetsluis naar Rotterdam. Het was een stoomvaartuigje van het meest primitieve type, van eikenhout gebouwd met ijzeren verband en voorzien van een koperen huid. De machine was van een angstig eenvoudige constructie en een kolenvreter van belang. Een commissie van deskundigen—over de machine erg tevreden — toonde zich minder enthousiast over het schip zelf. „Wat eindelijk de uiterlijke vorm van deze boot betreft, komt het voor, dat zonder aan de goede eigenschappen eenig nadeel toe te brengen, dezelve wel iets meer aan de goede smaak van het algemeen had kunnen voldoen”.

Succes
Desondanks was de Kinderdijk een succes en breidde het bedrijf zich uit. Toen in 1866 de grondvester Fop Smit overleed telde de vloot zeven schepen met een totaal-vermogen van vijfhonderd pk. Na het in gebruik nemen van de Nieuwe Waterweg in 1870 concentreerde de sleepdienst zich meer en meer op de vaarroute en Maassluis werd thuishaven. Tot dan toe was men voornamelijk actief geweest in de riviermondingen, hoewel de sleepboten zich lang daarvoor in stormweer al op de Banjaard of de Maasvlakte waagden om schepen in nood te assisteren. In 1882 werden de eerste sleepreisjes overzee uitgevoerd. In dat jaar werden reizen gemaakt naar Hull, Londen en Boulogne. De kapitein van de sleepboot had kennelijk niet veel vertrouwen in de goede afloop. De man vroeg de directie drie dagen verlof om afscheid te nemen van zijn familie. Aangemoedigd door de successen met kleine sleepreizen, gaf de maatschappij in 1892 opdracht de eerste echte zeeslepers te bouwen, de Noordzee en de Oostzee, elk van 750 pk. In de Groninger schoenerkapiteins vond men uitstekende gezagvoerders. In de zomer van 1896 vertrokken deze schepen met een drijvend droogdok naar Sao Paulo en daarmee werd het allereerste trans-Atlantische transport volbracht.

Uitbreiden
De scheepvaartwereld keek er van op, het aantal opdrachten groeide en er moest noodzakelijkerwijs steeds verder worden uitgebreid. In 1903 telde de vloot al dertig zee- en havensleepboten, waaronder de Zwarte Zee I, een knaap van 1500 pk. Smit versleepte alles: ontzaglijke hoeveelheden baggermaterieel, droogdokken, dokdeuren, casco’s en sloopschepen. Vanzelfsprekend verschenen er kapers op de kust en in 1923 kwam een samenwerking tot stand met de voornaamste concurrent, de Internationale Sleepdienst Maatschappij. Sindsdien zijn de meest uiteenlopende objecten over afstanden van miljoenen mijlen versleept. Vele tientallen schepen overleefden de strijd tegen de vaak woedende elementen, doordat tijdig Smits slepers arriveerden. Anderen werden geborgen van de kusten waarop ze waren gestrand.

Toename
De schepen van Smit leggen tegenwoordig gemiddeld ongeveer vierhonderdduizend zeemijlen per jaar slepend af. Vooral het transport zwaar materieel voor de olie-industrie is de laatste tijd in belangrijkheid toegenomen. In de afgelopen tien jaar hebben Smits schepen boorinstallaties en dergelijke versleept over een afstand van een half miljoen zeemijlen. Met een van die booreilanden is de Zwarte Zee IV op het ogenblik onderweg van Schiedam naar Dakar. De sleep vorderde het laatste etmaal slechts 68 mijl, een dieptepunt, dat veroorzaakt werd door een zeer hoge deining, die van drie kanten op schip en sleep af kwam. Desondanks is na elf dagen de 45ste breedtegraad gepasseerd.

WORDT VERVOLGD.

Bron: Algemeen Dagblad
Tekst: Piet van den Broecke
fotograaf: Onbekend
Artikelenserie uit collectie familie Lissenberg Schiedam
De Zwarte Zee en Ile de France zijn beide gebouwd door vennoten van I.H.C. Holland N.V. De eerste door Smit te Kinderdijk en de tweede door Werf Gusto te Schiedam.

*Donderdag 6 januari vertrok het boorplatform onder grote belang­stelling van de Werf te Schiedam. Op de rivier werd het getrokken door de sleepboten Azië, Europa, Schouwenbank en Steenbank, alsmede de sterkste sleepboot ter we­reld, de Zwarte Zee. Op zee ging deze laatste alleen verder met de zware sleep voor een tocht van 2600 mijl. De belevenissen gedurende deze lange sleepreis werden dagelijks in het Algemeen Dagblad beschreven onder de aanduiding: “Op vijf poten naar Dakar”!

Tijdens de tocht naar zee werden o.a. filmopnamen gemaakt voor het bioscoopjournaal (Polygoon) en voor de Nederlandse, Duitse en Engelse televisie.
bron: Gusto Berichten No. 2 1966


Stichting Erfgoed Werf Gusto 2019

Laatst bijgewerkt op: 16 april 2019