Ir. J.D. Dresselhuijs

Leestijd: 3 minuten
Johan Diederik Dresselhuijs werd in 1857 geboren en is meer dan 50 jaar aan het bedrijf verbonden geweest. Hij begon op 1 maart 1881 als eerste tekenaar bij de Utrechtse IJzergieterij firma A.F. Smulders waar hij spoedig opklom tot chef van de tekenkamer en ingenieur der fabriek. In 1886 was hij degene die er voor zorgde dat in de Ingenieur een uitvoerig technisch artikel gewijd werd aan de excavateurs die Smulders bouwde voor het Panamakanaal. Later schreef hij een artikel over de geschiedenis van de Werf Gusto en een artikel over de kolenoverslagmachines. Toen in 1894 ook het scheepsbouwbedrijf in Slikkerveer bij de firma gevoegd werd, kreeg Dresselhuijs de functie van hoofdingenieur over beide bedrijven. Tegenwoordig zou hij daarmee ongetwijfeld de functie van technisch directeur hebben gekregen. Die functie behield hij toen het bedrijf zich concentreerde in Schiedam. Sinds ongeveer 1921 kreeg hij de functie van adviseur. Bij zijn 50-jarig jubileum liet zijn lichamelijke gesteldheid te wensen over, waardoor het feest rustig gevierd
moest worden. Bij die gelegenheid werd hij benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.
 
bronnen:
Het Vaderland, 1 maart 1931,

Algemeen Handelsblad 2 maart 1931). 


Ter herdenking  J. D. DRESSELHUIJS. 1857-1935.

Ir. J.D. Dresselhuijs

Te Wassenaar overleed den 30en October 1935, op 78-jarigen leeftijd, JOHAN DIEDERIK DRESSELHUIJS, lid van het Koninklijk Instituut van Ingenieurs sinds 1899, toen de fusie tot stand was gekomen tusschen het Instituut en de Vereeniging voor Werktuigkundigen.

De President van ons Instituut noemde hem in de laatste Algemeene Vergadering van den 8en November j.l. bij de plechtige herdenking van de leden, die sinds de voorafgaande Vergadering heengingen. Eenige regelen mogen op deze plaats aan die herdenking worden toegevoegd.

Met DRESSELHUIJS ging niet alleen heen één onzer oudere leden, maar met hem ging één der pioniers op het gebied der constructie van baggermolens, zuigers, excavateurs en andere werktuigen, benoodigd voor den aanleg van groote waterbouwkundige werken.

In de tachtigerjaren bij de toenmalige Utrechtsche ijzergieterij en machinefabriek, firma A. F. Smulders te Utrecht, de tegenwoordige N.V. Werf Gusto te Schiedam, In dienst gekomen, werd hem al heel spoedig op nog jeugdigen leeftijd als hoofdingenieur de geheele technische leiding van dit bedrijf opgedragen.

Toen in 1905 de beide bedrijven dier firma, de machinefabriek te Utrecht en de scheepswerf te Slikkerveer, te Schiedam samengevoegd werden, behield DRESSELHUIJS tot zijn uittreden in 1918 de leiding, om daarna als adviseur aan de Werf verbonden te blijven. Gedurende bijna een halve eeuw werkte DRESSELHUIJS mede bij het tot stand komen van talrijke havenwerken in het binnen- en buitenland. Reeds voor het oude Panamakanaal en het Noord-Oost-Zeekanaal werden door hem excavateurs en baggermolens ontworpen, later gevolgd door tal van groote constructies, bestemd voor havenwerken in Argentinië, Brazilië, Chili en Uruguay, voor de havens van Wladiwostock en Port-Arthur, voor irrigatiewerken in Nederlandsch-Indië, China en Egypte, kortom voor bijna alle belangrijke havens ter wereld.

Aan de hooge en moeilijke eischen, welke dikwijls aan dit materiaal werden gesteld, wist deze bekwame ingenieur niet alleen volledig te voldoen, maar tevens door zijn stuwende kracht, zijn kennis en zijn ervaring, aan dezen belangrijken tak van onze nationale industrie een leiding te geven, welke er veel heeft toe bijgedragen, om den goeden naam daarvan te vestigen en te handhaven, zoowel in Europa als in andere delen der wereld. De Regeering erkende zijn verdiensten door zijn benoeming tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.

Bij zijn teraardebestelling op het vreedzame kerkhof te Wassenaar, waar vele vrienden en oud-medewerkers waren vereenigd, was de eerste spreker de heer FRANS SMULDERS, die den overledene in treffende woorden herdacht als een van groote bekwaamheid met een ongekende energie, een man, die niet alleen als werker, maar ook als mensch uitblonk, streng tegenover zijn personeel, maar rechtvaardig en humaan en daarom bemind.

Ir. J. E. Inckel


bron: De ingenieur; Orgaan van het Kon. Instituut van Ingenieurs- van de vereeniging van Delftsche Ingenieurs jrg 50, 1935, no 49, 06-12-1935

Laatst bijgewerkt op: 15 augustus 2023

Geschiedenis van een Schiedamse scheepswerf