1901 A.F. Smulders

Leestijd: 4 minuten

Bnr. 264: Checchi

Stat. Profiel- en Bakkenzuiger voor de haven van Venetië (I).
Foto: Boek ‘Werf Gusto 1911’ – Collectie J. Smulders – Fotograaf: Onbekend.

Bnr. 266: Hephaestos

Zeewaardige Emmerbaggermolen voor Tringtau China.
Foto: Boek ‘Werf Gusto 1911’ – Collectie J. Smulders – Fotograaf: Onbekend.

Op 15 november 1900 werd direct na de tewaterlating van de Port Arthur XIV de kiel gelegd voor de grote zeegaande baggermolen 9 Hephaestos, bouwnummer 266), besteld door de Duitse Marine en bedoeld te worden gebruikt in de haven van Tsingtau (China). De afmetingen waren lengte over dek 155’ (45,13 m), breedte 27’8’’ (8,50 m) en holte 11’10’’ (3,60 m). Gebouwd werd volgens de voorschriften van Bureau Veritas, 1e divisie, Special Survey.

Het schip werd voorzien van twee compound machines met oppervlaktecondensatie en twee ketels met een verwarmd oppervlak van 180 m2. Het schip had een persinrichting die de gebaggerde specie 3 à 4 meter omhoog en 500 meter ver kon transporteren. Met emmers van 500 liter kon een opbrengst van 300 m3 /uur bereikt worden. De verlichting geschiedde met drie booglampen van 750 kaarsen . Het schip werd op 17 mei 1901 te water gelaten, waarna onmiddellijk de kiel gelegd werd voor een van de baggermolens voor Engeland (Bouwnummer 273) (zie hierna; ).

Het schip vertrok op 10 augustus 1901 naar zijn bestemming. De twee compound machines van 270 ipk elk gaven bij de beproevingen twee weken eerder aan het schip een snelheid van 8½ knoop, terwijl contractueel gehaald zou moeten worden. Zo was de baggeropbrengst 450 m3 /uur terwijl 300 m3 /uur vereist was.

Bronnen:
De Ingenieur 15(46) 17 November 1900.
Algemeen Handelsblad 20 Mei 1901.


Bnr. 267: Abassieh

Stationaire baggermolen voor rekening van de Suez Kanaal Mij.
Foto: Boek ‘Werf Gusto 1911’ – Collectie J. Smulders – Fotograaf: Onbekend.

Bnr. 268: Refouleur

Stationaire Profiel- en Bakkenzuiger voor de Suez Kanaal Mij.
Foto: Boek ‘Werf Gusto 1911’ – Collectie J. Smulders – Fotograaf: Onbekend.

Bnr. 269: Holanda

Zeewaardige baggermolen voor rekening van Schuback (Chili).
Foto: Boek ‘Werf Gusto 1911’ – Collectie J. Smulders – Fotograaf: Onbekend.

In het voorjaar van 1901 werd op het Consulaat van Chili te Delft een contract afgesloten voor de levering en vervoer naar Valparaiso van een baggertrein bestaande uit een baggermolen en twee hopperbarges waarvan één met zandzuiger. Prof. J.C. Dijxhoorn hield toezicht op de bouw van deze schepen. De baggermolen werd op 17 september 1901 te water gelaten, waarna onmiddellijk de kiel gelegd werd voor een grote zeewaardige baggermolen voor Montevideo (Bnr. 275). De afmetingen van de Chileense baggermolen waren lengte 43,1 meter, breedte 7,5 meter en holte 3,2 meter.

Bron:
De Ingenieur 16(9) 2 maart 1901
De Ingenieur 16(19) 11 mei 1901
Algemeen Handelsblad 18 September 1901


Bnr. 270: Meusa

250 m³ stoomhopper voor rekening van Schuback (Chili).
Foto: Boek ‘Werf Gusto 1911’ – Collectie J. Smulders – Fotograaf: Onbekend.

Op 24 december is van de werf der firma A. F. Smulders te Slikkerveer te water gelaten de romp van een zeewaardigen stoomhopper met zuiginrichting, zijnde dit het derde vaartuig dat genoemde firma van de Chileensche Regeering voor de haven van Valparaiso in opdracht heeft, en het twaalfde dat in dit jaar (1901) van haar werf te water wordt gelaten.

Bron:
De Locomotief 27/1/1902


Bnr. 272: Esperance

Stationaire Profielzuiger voor de havenwerken van Gent (B).
Foto: Boek ‘Werf Gusto 1911’ – Collectie J. Smulders – Fotograaf: Onbekend.

1900 1902

© Stichting Erfgoed Werf Gusto®

Laatst bijgewerkt op: 25 april 2024

Geschiedenis van een Schiedamse scheepswerf