Bnr. 687: Deuren sluis Vreeswijk (1936)

Foto: Digitale Collectie St. Erfgoed Werf Gusto – Fotograaf: Onbekend.

Bij de dezer dagen gehouden aanbesteding voor de levering van sluisdeuren voor de sluis te Vreeswijk, was de Werf Gusto de laagste inschrijfster.
Het werk is nog niet gegund, maar er is geen reden om te veronderstellen, dat het niet aan de genoemde Schiedamsche onderneming zou worden opgedragen, die, behalve schepen, baggermateriaal en bruggen vroeger ook wel sluiswerken heeft gemaakt.
Het betreft hier een werk van een paar ton, dat in anderhalf jaar gereed moet zijn.

Als de gunning is geschied, begint Gusto onmiddellijk met de uitvoering. Of het mogelijk zal zijn in verband met deze opdracht personeel, dat thans ontslagen is, weer te werk te stellen, kon men ons niet meededelen. Dat hangt samen met de vraag of er gedurende de periode, dat men met de sluisdeuren bezig is, nog ander werk te verrichten zal zijn.

Schiedamsche Courant, 23/01/1934; p. 2/4

Thans is men in Vreeswijk bezig met den sluisput en de werken voor de voorhavendijken, daar de nieuwe sluis ongeveer 1000 M. binnendijks gebouwd wordt. De bouw van de sluis en de aanleg van het kanaalvak Jutphaas—Vreeswijk worden uitgevoerd door de firma den Breejen van den Bout te Berg en Dal voor een bedrag van rond 3 millioen gulden; aan de N.V. Werf Gusto, voorheen firma A. F. Smulders te Schiedam is opgedragen de bouw der sluisdeuren. Het worden vier hefdeuren met een reserve-deur, terwijl de bewegingsinrichtingen voor deze sluis — een werk van drie ton — worden gemaakt door de N.V. Machinefabriek Jaffa v.h. Louis Smulders en Co. te Utrecht. De sluis wordt gevormd door een gewapend betonbak, gefundeerd op gewapend betonpalen. De heftorens zijn eveneens van gewapend beton. Elke sluis heeft een nuttige lengte van 225 M. bij een breedte van 18 M. Ir. L. S. P. Scheffer, hoofd der afdeeling Stadsontwikkeling van publieke werken te Amsterdam, is belast met de aesthetische verzorging van deze torens, alsmede van de op het sluisterrein te stichten gebouwen.

Bron: De Tijd, godsdienstig-staatkundig nieuwsblad, 9/11/1934


Stichting Erfgoed Werf Gusto 2018