Bnr. 1: Loire (1952)

Foto: Digitale Collectie St. Erfgoed Werf Gusto – Fotograaf: Onbekend.

Op Woensdag, 12 Maart, vond op de Werf Gusto de tewaterlating plaats van de Motorsleepboot “Loire”, welke gebouwd wordt voor L. Smit en Co’s Internatiohale Sleepdienst te Rotterdam.

De doopplechtigheid werd verricht door Mevr. L. Langelaar-Lücht, de echtgenote van Ir. G. Langelaar, die het toezicht heeft op de bouw, zowel wat het scheepskundig als het werktuigbouwkundig gedeelte betreft. Het schip heeft de navolgende hoofdafmetingen: 40 X 8.20 X 4.55 meter en is uitgerust met een hoofdmotor met een max. vermogen van 850 APK. Het schip is voorzien van centrale verwarming voor het verblijf in koude streken en met mechanische ventilatie voor het verblijf in de tropen.

Ter gelegenheid van de proeftocht hopen wij nog uitvoerig op dit schip terug te komen. De gewoonte getrouw, luisterde het Gusto Muziekkorps ook nu weer de tewaterlating op door haar pittige muziek. De foto toont het moment, waarop de “Loire” in haar element zijnde, de afbouwhaven wordt binnengesleept. 

Bron: Het Zeskant april 1952
Fotograaf: Onbekend


„Loire” gaat „Ganges” straks vervangen 

Nieuwe zeesleper voor L. Smit en Co. 

Om vijf uur precies wierp Woensdagmiddag op de werf Gusto in Schiedam mevr. C. P. Langelaar-Lucht, echtgenote van de chef technische dienst van L. Smit en Co’s Internationale Sleepdienst, de fles champagne tegen de boeg van de nieuwe sleepboot „Loire”, die direct daarop de volle ruimte van de vrijgehouden Maas koos  waar slepers gereed lagen om hun toekomstige grote broer (of zus) op te vangen en weer vellig naar de kant te brengen.

Met de bouw van deze sleepboot, waarvan de afmetingen resp. 40, 18,20 en 4,55 meter zijn en de diepgang 3.90 meter bedraagt, zal de vloot van zeeslepers van Smit weer op de oude sterkte zijn gebracht. Na  de bergingspogingen voor de Hoek, waarbij de slepers zelf met grote moeilijkheden hadden te kampen, is , de daar gestrande sleepboot „Ganges” aan de sloper verkocht. Hoewel hierop op dit tijdstip nog niet was gerekend, stond reeds vast, dat de „Ganges” binnen niet al te lange tijd uit de vaart zou moeten worden genomen. De opdracht voor de bouw van de „Loire” kon vorig jaar dan ook worden gezien als een voorlopige uitbreiding van de vloot, die na de oorlog reeds eerder werd vermeerderd met de „Humber”, „Noordzee”, „Rode Zee” en „Oceaan”.

De nieuwste sleepboot, die wordt uitgerust met een enkelwerkende 4 takt, 8 cylinder 1350 p.k Werkspoor-Dieselmotor, zal evenals de Tyne en de Humber tot de middenklasse behoren: Een zusterschip van de Rode Zee, de toekomstige Oostzee; is momenteel nog in aanbouw bij de werf van J. en K. Smit aan de Kinderdijk.

Na de tewaterlating, die o.a. werd bijgewoond door mr K. P. van der Mandele, commissaris van L. Smit en Co., hebben nog het woord gevoerd mr. H. J. A. M. Smulders, directeur van de werf, en de heer Murk Lels, directeur van L. Smit- en Co. De laatste wees nog op de relatie tussen de werf en de sleepdienst, die tot dusver zich had beperkt tot het verslepen van tinbaggermolens en verder baggermateriaal dat op de werf tot stand kwam, naar verre gebieden.

Bron: Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1952 |