Dokkum klasse (Bnr. 52, 53, 54 en 55)

Leestijd: 4 minuten
Hr. Ms. Staphorst
De Dokkumklasse

De Dokkumklasse was een serie van 18 mijnenvegers die in de jaren vijftig van de 20e eeuw gebouwd zijn voor de Koninklijke Marine. De Wildervankklasse (14 schepen) werd in dezelfde periode gebouwd en was vrijwel identiek.

De bouw

De Dokkumklasse schepen zijn in de jaren 50 gebouwd met steun van de Amerikaanse overheid. De bouw was een onderdeel van het op 2 augustus 1949 ingediende herziene plan Van Holthe. Dit plan voorzag in de aanschaf van in totaal 68 mijnenvegers. Het plan werd gerealiseerd van 1954 tot 1962.

Het ontwerp

Het ontwerp van de Dokkumklasse, die ook wel de WU-klasse wordt genoemd, was gebaseerd op standaard stafeisen opgesteld in West-Europese Unie verband. Door deze stafeisen zijn er in veel landen schepen gebouwd van de WU-klasse, waaronder toenmalig West-Duitsland, Engeland en Frankrijk. Deze schepen vertonen dan ook zeker gelijkenis met de Dokkum- en Wildervankklasse.

De bouwmaterialen

De schepen zijn gebouwd van hout, over aluminium spanten. Dit is gedaan om het schip a-magnetisch te maken. Ook zijn in het schip zo veel mogelijk a-magnetische materialen verwerkt.

Op het aluminium skelet, wat hoofdzakelijk is geklonken, is een dubbele huid aangebracht met een tussenlaag van in Aspro gedrenkt linnen. De buitenhuid is teak, de binnenhuid van mahonie en de dekken zijn van Redwood of teak en het achterdek van Peroba de Campos. De dekhuizen zijn van aluminium met oorspronkelijk een open brug, welke in de zeventiger jaren is vervangen door een dichte brug.

Uit deze klasse werden vier schepen verbouwd tot mijnenjager en drie anderen tot duikvaartuig. Voor de namen van deze schepen is gekozen voor de namen van middelgrote- en kleinere Nederlandse gemeenten.

Bekostiging

De schepen van de Dokkumklasse zijn vrijwel identiek aan die van de Wildervankklasse. Het grootste verschil tussen de Wildervankklasse en de Dokkumklasse is de bekostiging. De schepen van de Dokkumklasse zijn betaald door de Amerikaanse overheid terwijl de schepen van de Wildervankklasse bekostigd zijn door de Nederlandse regering. Deze regeling was onderdeel van het MDAP voor gemeenschappelijke defensie. Ook is er een verschil in de machinekamer; de Dokkumklasse beschikt over MAN motoren, de Wildervankklasse beschikte over Werkspoor motoren. De schepen van de Wildervankklasse zijn eerder uit de vaart genomen vanwege een grotere kans op carter-explosies (zonder aanwijsbare oorzaak).

Levensloop

Het naamschip Dokkum was het eerste schip dat in dienst werd gesteld en wel op 26 juli 1955. Daarna volgden Hr. Ms. Hoogezand (M802) op 7 november 1955, gebouwd door de Gusto te Schiedam, Hr. Ms. Naaldwijk (M 809) op 8 december 1955, gebouwd door de werf De Noord te Alblasserdam en Hr. Ms. Wildervank (M 803) op 28 december 1955, gebouwd door de Amsterdamsche Scheepswerf G. de Vries Lentsch te Amsterdam. De resterende 27 schepen van deze klasse kwamen in 1956 in dienst. In het begin van de jaren zestig werden vijf vaartuigen (3 Dokkum- en 2 Wildervankklasse) verbouwd tot duikvaartuig: een moederschip voor duikers. Later in de jaren zestig werden er nog eens vier schepen van de Dokkumklasse verbouwd tot mijnenjager. Vanaf eind van de jaren zeventig begon men met het uit dienst nemen van de schepen. Eerst alleen schepen van de Wildervankklasse, later ook schepen van de Dokkumklasse. Bij de ingebruikname van de mijnenjagers van de Alkmaarklasse werden de jagers en duikvaartuigen van de Dokkumklasse overbodig. Een aantal mijnenvegers is nog tot in de jaren negentig in gebruik gebleven.

Van de Dokkumklasse zijn 3 schepen in dienst bij het Zeekadetkorps: de ex-M830 Sittard, de ex-M823 Naarden en de ex-M806 Roermond. De ex-M830 Sittard bij zkk Harlingen, de ex-M823 Naarden bij zkk Delfzijl, de ex-M806 Roermond bij zkk Lemmer. De Harlingen en Naarden zijn beide volledig operabel, de Roermond niet. Hr. Ms. Naaldwijk is in gebruik bij Scouting in Haarlem.

Hr .Ms. Hoogeveen aan de kade bij Willemsoord te Den Helder

De Hr. Ms. Hoogeveen heeft vanaf 1956 tot 1996 gevaren voor de Koninklijke Marine. Het schip is gebouwd van de bouwwerf De Noord in Alblasserdam en heeft vooral op de Noordzee dienst gedaan. Na de actieve dienst lag de Hoogeveen in het Natte Dok van de oude Rijkswerf Willemsoord te Den Helder. Leden van het bestuur van de Vrienden van de Koninklijke Marine (VVKM) en enkele medewerkers wilden de Hoogeveen behouden. Het schip was in redelijk origineel staat. In 1999 werd de VVKM in de gelegenheid gesteld het schip voor het symbolische bedrag van één gulden te kopen. Na de overdracht naar de VVKM is het schip gerestaureerd. In 2009 is de Hoogeveen in het dok gegaan en de onderkant schoongemaakt en gerepareerd. Verder zijn diverse ruimtes aan boord aangepakt. Al het veegtuig is nog aanwezig. Het streven is om de Hoogeveen een museale status te geven.

De 18 mijnenvegers waren:

bron: wikipedia.nl; wj-gerrits.com; foto’s gahetna.nl


Stichting Erfgoed Werf Gusto

 

Laatst bijgewerkt op: 17 augustus 2018