Formule voor vaardagje Gusto-gepensioneerden nog steeds ijzersterk

Leestijd: 5 minuten

Het dagje varen met de Gusto-gepensioneerden zit er voor dit jaar weer op. De traditie heeft vergeleken met vorig jaar vrijwel geen verandering ondergaan. En het ziet er naar uit dat daar voor volgende jaren ook weinig behoefte bestaat. Het is als met ‘n bekend gerecht dat men zich niet gemakkelijk tegen-eet: „Men neme een Erasmus van de Spido. Men hale 420 gepensioneerden met hun echtgenoten van huis. Men voege hier koffie met gebak, sigaren, thee, een lunch en muziek aan toe. Men late dit alles een dagje op en om de Nieuwe Waterweg op elkaar inwerken ” Het recept is zestien jaar oud. Bij de Gusto is men er wèg van. De Spido-mensen weten hoe het klaargemaakt moet worden. Elk jaar komen er meer gegadigden aan tafel. Wij hebben dit jaar maar weer eens meegegeten en gespeurd naar de achtergronden van deze succesformule.

Eén ding staat als een paal boven water: Het was te kort. De mensen die zich gistermorgen op het havenhoofd inscheepten brachten de vrolijke vastberadenheid mee dat ze nu eindelijk eens alles zouden uitpraten. Toen ze ‘s middags de loopplank weer afgingen, bleek dit wéér niet gelukt. Zelfs op de kade bij het afscheid werden nog nieuwe handen gedrukt. Nou ja, volgend jaar dan maar weer. De Erasmus is er dan nog wel. De Gusto is niet met dit uitstapje gestopt toen Verolme het wel deed. Volgend jaar moet er dus wel iets héél belangrijks gebeuren wil deze traditie afgebroken worden.
Er komen steeds weer nieuwe generaties aan bod om de handen van de ouderen aan boord van de Erasmus te drukken en herinneringen op te halen. Vermoedelijk is dit voor velen de grote trekpleister bij dil alles. De Waterweg heeft men al zo vaak gezien. Schepen bouwde men zelf. Bovendien is de tijd vrijwel voorbij waarin dergelijke uitstapjes de enige vakantie vormden voor gepensioneerden. 

DOCHTERS BRENGEN
In zijn welkomstwoord gaf Gusto-directeur F. Smulders een actueel tintje aan dit gebeuren door de deelnemers te vragen hun dochter naar het bedrijf te sturen. Dat begint tegenwoordig tot de mogelijkheden te horen. Het vrolijke gegons dat hij ten antwoord kreeg, bood hem niet veel houvast. Het varen langs de verschillende werven had vervolgens het karakter van het rijden door straten waar men familie heeft wonen: Even door het raam kijken of ze thuis zijn en dan weer verder. Enorm chauvinisme klonk op toen de Erasmus langs Verolme voer: „Wat maken ze daar nou helemaal? Grote schoenendozen. Daar is niet eens zoveel aan. Die dingen die wij maakten waren veel ingewikkelder.
De laaghangende stank hij het Botlekgebied leidde de aandacht ook even van het verleden af: „Wat stinkt het hier toch vies, De mensen die het zo laten stinken, wonen hier zeker niet. Al zouden ze het maar een béétje zuiveren, dan was het niet zo’n vieze boel. Deze luidkeels gedemonstreerde „deskundigheid” werd als een vaststaand feit geaccepteerd. De ogen waren echter veelal naar binnen gericht, naar de vroegere collega die nodig eens moest vertellen hoe het met hem ging, Er werd langzaam langs de gangboorden gelopen met speurende blik. De een schoot alleen op bekende gezichten af. De ander vond „vaag-bekend” reeds een goed criterium voor liet aanknopen van een gesprek. Kopstukken die de organisatie van deze dag in handen hadden, kregen zo nu en dan zelfs vragen of er nog werk voor gepensioneerden te vinden was bij Gusto Het werken zat er bij velen nog diep in. De ledigheid bleek vaak toch maar moeilijk te vullen.
Ergens op een stille bank op het bovendek troffen wij na de afvaart de man aan die na het overlijden van zijn echtgenote eindelijk tijd had voor een dagje uit. „Ze is erg ziek geweest., Ik had er veel aan te doen. En nu ze weg is, wou ik nog wel eens met deze boot mee. lk interesseer me eigenlijk alleen voor het Botlekgebied, waar we vanmiddag heengaan. “Dit deel bij de Van Brienenoordbrug vind ik een beetje een dooie boel”. Volgende jaren zou hij vermoedelijk niet meegaan. Hij had dan gezien wat hij wilde. Thuis had hij het druk genoeg met zijn eenmanshuishouden. „Ik ben al vijftien jaar gepensioneerd. Ik zie nog wel eens gezichten die ik meen te herkennen, maar ze kennen mij niet meer. En dan laat ik het ook maar gaan….”

HEER
Een vlot rondstappende nogal controlerend uitziende heer bekende dat hij niets met Gusto te maken had. Hij was met een zwager aan boord gekomen ondanks het verbod om naast de echtgenoten nog anderen mee te nemen. Hij ging mee omdat hij iets wilde zien. Het groepje waar hij mee was, heeft weinig aan hem gehad, omdat hij al-tijd op weg was naar een goed uitzichtplaatsje. Hij wilde ten bate van dit artikel wel mededelen dat er uiterlijk weinig onderscheid meer is tussen de kantoorman en de arbeider. “Ze zien er nu allemaal als heer uit”.


De glimlach van het bedienende personeel was tegen iedereen hetzelfde. De Erasmus had zo’n 29 personeelsleden aan boord om alles vlot te laten lopen. En dat deed het. Tragi-komisch is de situatie waarin een dienstertje met een grimas laat blijken dat zij wel degelijk heeft gezien dat een mijnheer tweemaal een sigaar nam. Hij had het net zo goed even kunnen vragen. Het resultaat zou hetzelfde geweest zijn, want zo beroerd waren ze niet. Ook de mevrouw die van plaats verwisselde om nogmaals voor koffie in aanmerking te komen, werd ontdekt maar niet verraden. Tragi-komisch was ook het geval van de twee zeezieke dames. De een stapte in Vlaardingen aan wal. De ander kreeg een paar pilletjes van bedrijfsarts H. L. Tan. Het zachte deinen zou de oorzaak zijn.

SFEER
De kapitein: „Zo’n oud schip heeft nog sfeer. Het is in 1923 gebouwd en dus geklonken, gezandstraald en met hete bitumen bespoten. Als je die laag weghaalt, krijg je nog zilverwit ijzer te zien. Dit ding blijft nog drijven als alle andere schepen al gezonken zijn…” Hij wijst op de sfeer die uitgaat van de duidelijk hoorbare machines. „Op sommige moderne schepen hoor je niks meer. Nu, dan kun je net zo goed aan de wal in een restaurant gaan zitten”. De Erasmus toert op z’n gemak de diverse havens in. Er wordt wat verteld, echter duidelijk met de ondertoon van: ,,we willen u vooral niet bij uw eigen gesprekken storen”. Op diezelfde wijze verricht accordeonist Koos Ahom zijn werk. Hij heeft een hoekje van de grote salon tot „orkestbak” ingericht. Hij start de dag met enkele meezingertjes die via de luidsprekers van het schip nogal vervormd op de diverse dekken overkomen. Hij bekent en laat merken dat hij niet zingen kan en waagt zich daarom voornamelijk aan de eerste woorden van de liedjes en de kreet: „allemaal”. Later, als de “sfeer” er is, bouwt hij aan een muzikale achtergrond die aan bet einde van de dag luidruchtig wordt overgenomen door de Gusto-muziek, die in Vlaardingen aan boord stapt. ‘Na het officiële repertoire van de band, “plegen” enkele musici, een polonaise uit de vrije hand. Ze zuigen zowaar enkele dames mee die toch naar de bar moesten.
Op deze wijze klinken industrie-vreemde klanken in het Botlekgebied. Klanken die op andere schepen reacties van schreeuwen en zwaaien tengevolge hebben. Op de Erasmus wordt echter weinig gewuifd. Men is in gesprek. Iets van een feodaal verleden klinkt nog door in de opmerkingen van enkele dametjes als zij vertellen dat de weduwe van de vroegere directeur, mevrouw Smulders-Reichling ,,zo goed voor haar personeel is” en dat de mensen „toch zo tevreden zijn”. Functionarissen van de werf vertellen echter desgevraagd dat het optreden van mevrouw Smulders uit een geheel andere sfeer voortkomt. Ze meent echt wat ze ten afscheid zegt n.l. dat de Gusto-gepensioneerden bij één grote familie behoren. En dat zij er daarom nog elk jaar bij wilde zijn. Ze zag net als ieder jaar weer kans om met een zeer groot aantal gepensioneerden een praatje aan te knopen, Ze weet met haar 86 jaar nog namen en functies. Ze besteedde haar tijd zo nauwkeurig dat haar afscheidswoord verklonk toen de loopplank weer met een harde bonk op de kade viel.
Twee bussen en twintig taxi’s stonden klaar om het dagje uit af te ronden. De Gusto-muziek zwaaide uit.

Tekst: Andries Ratsma
Bron: Rotterdamsch Nieuwsblad / Schiedamsche Courant 28 juli 1971
Fotografie: IHC Het Zeskant / fotograaf Onbekend


Stichting Erfgoed Werf Gusto 2019

Laatst bijgewerkt op: 15 oktober 2022