Op Vijf Poten Naar Dakar* (19)


We zijn dwars van Jebel Habib: piek op Afrikaanse kust

A/B ZWARTE ZEE, 35° 28′ NOORD. 15° 06′ WEST,

Een sleepreis van 2600 mijl.

“We zijn dwars van Jebel Habib”. Kapitein Poot zegt het zakelijk, maar de voldoening, die in zijn stem doorklinkt, is onmiskenbaar. Jebel Habib is de naam van een bergtop, die weliswaar 450 mijl naar het oosten ligt, maar het is en blijft een piek in Marokko.

Het betekent, dat we dwars van de Afrikaanse kust zijn aangeland. Het houdt tevens in, dat we steeds verder buiten de invloedssfeer raken van de Noord-Atlantische depressies en dat we toch eigenlijk voor de rest van de reis dagelijks een behoorlijke vooruitgang kunnen verwachten. Ook aan de radio in de rooksalon is te merken, dat we binnendringen in andere sferen. De liederen van de Portugese fadozangeressen beginnen plaats te maken voor de naargeestige geleiden van de Arabische muziekcultuur.

Opeens minder ver
‘Hoewel het op zijn minst minst nog twee weken zal duren voor we er zijn lijkt de vooruitspringende rots van Kaap Verde, waarachter de haven van Dakar ligt verscholen, opeens een stuk minder ver af. Vlakbij zelfs weten we Madeira, dat we woensdag zullen passeren, terwijl zaterdag een uitgelezen dag lijkt om tussen de Canarische eilanden door te glijden. Het zijn veronderstellingen, waarvoor ik zelf voor de volle honderd procent verantwoordelijk ben. Want op een sleepboot wordt niet gerekend. Het is een oude wijsheid. waarvan de waarde door de gebeurtenissen van de afgelopen weken trouwens dubbel en dwars bevestigd is. Vast staat in ieder geval dat de spanning, die wekenlang op de gezichten van velen aan boord te lezen heeft gestaan, geweken is. In de loop van vrijdag is het tij gekenterd, zodra we de breedte van Lissabon voorbij waren.

…alleen de wind weigert om Zwarte Zee en Ile de France een duwtje in de rug te geven…

Steeds meer mijlen
De zee is ons ongemerkt minder zwaar gaan belagen, met het gevolg dat we steeds meer mijlen maken. Hoe zuidelijker we komen, hoe meegaander de zee wordt. Slechts de wind weigert ons consequent om Zwarte Zee en Ile de France een duwtje in de rug te geven. Gistermorgen, toen ik met kapitein   Poot urenlang in de regen bij de schoorsteen stond, realiseerde ik me plotseling dat de mensen op een sleepboot in wezen net zo dicht bij de natuur leven als dat vroeger in de zeilvaart het geval was, met hier en daar natuurlijk een accentverschil. Zo was het gisteren bijv. een zondag, zoals je ze thuis liever niet hebt. Een dreinende motregen was de ganse dag doende het zout van de dekken te weken en desondanks vond iedereen het mooi weertje. Zulk druilerig weer betekent immers: weinig wind. En hoe minder wind, des te sneller de sleep opschiet.

Dag vol voorspoed
Vele meeuwen en ander gevogelte dobberden lustig op de golven en ook dat is een goed teken. Verder was er sprake van een ingezakte deining, allemaal ingrediënten voor een dag vol voorspoed. Het was de eerste rustige zondag sinds weken. Kapitein Poot, zichtbaar bevrijd van vele zorgen, floot doorlopend opgewekte wijsjes en voor het eerst ook ging ik zondagmiddag bij hem op visite in zijn fraaie bungalow achter het stuurhuis. De avond begon met een concert in de hut van hoofdmeester Sas, die uit zijn uitgebreide discotheek Beethovens vijfde pianoconcert voor me opdiepte. Het werk kwam aanvankelijk niet geheel uit de verf, aangezien het enkele tempi te laag uit de luidspreker vloeide.

Dynamo oprakelen
Dit soort ongerief is echter op een sleepboot vlug verholpen. Het kost slechts een telefoontje naar de machinekamer met het verzoek de dynamo wat op te rakelen. Enkele ogenblikken erna was de spanning voldoende en konden we ongestoord genieten. Kunst en techniek gaan hier om méér dan één reden hand in hand. In de loop van de avond werd de regen minder. Een zwakke bries rafelde het wolkendek steeds verder uiteen. De halve maan lag lui op zijn rug in een bed van transparante cirruswolken. Het zwart van het water werd gebroken door een segment van licht, golvend vloeibaar goud, waar de Zwarte Zee kalm slingerend doorheen schoof. Ook vanmiddag blijft onze sleep voortborduren aan die lange zichtbare keten van mijlen. Het zullen er morgen tweeduizend zijn, bruto wel te verstaan. De reële winst is kleiner, omdat we nu eenmaal zitten opgescheept met de nodige tarra, het gevolg van vele dagen slecht weer. We krijgen bezoek. Een passagiersschip van de Britse Union Castle Line van Engeland op weg naar Zuid-Afrika, flaneert langs ons heen. Het is een van de zeer weinige schepen, die wij op onze tocht hebben ontmoet. Wat mij betreft, zullen het er van nu af aan meer worden. We zijn lang genoeg alleen op de wereld geweest.

WORDT VERVOLGD.

Bron: Algemeen Dagblad
Tekst: Piet van den Broecke
fotograaf: Onbekend
Artikelenserie uit collectie familie Lissenberg Schiedam
De Zwarte Zee en Ile de France zijn beide gebouwd door vennoten van I.H.C. Holland N.V. De eerste door Smit te Kinderdijk en de tweede door Werf Gusto te Schiedam.

*Donderdag 6 januari vertrok het boorplatform onder grote belang­stelling van de Werf te Schiedam. Op de rivier werd het getrokken door de sleepboten Azië, Europa, Schouwenbank en Steenbank, alsmede de sterkste sleepboot ter we­reld, de Zwarte Zee. Op zee ging deze laatste alleen verder met de zware sleep voor een tocht van 2600 mijl. De belevenissen gedurende deze lange sleepreis werden dagelijks in het Algemeen Dagblad beschreven onder de aanduiding: “Op vijf poten naar Dakar”!

Tijdens de tocht naar zee werden o.a. filmopnamen gemaakt voor het bioscoopjournaal (Polygoon) en voor de Nederlandse, Duitse en Engelse televisie.
bron: Gusto Berichten No. 2 1966


Stichting Erfgoed Werf Gusto 2019

Laatst bijgewerkt op: 26 april 2019